Digital Meeting – Circulair Bouwen in Nederland

 

We zullen zuiniger en slimmer met grondstoffen en producten moeten omgaan. De overheid heeft een stip aan de horizon gezet met Nederland Circulair in 2050. Dat geldt vanzelfsprekend ook voor de bouw. Maar in hoeverre is er al sprake van circulair bouwen en wat is er nodig om dat ultieme doel te bereiken? We bespreken het met een aantal experts en fabrikanten tijdens een digitale meeting rond het thema Circulair Bouwen in Nederland. Want circulariteit is al lang niet meer een topic voor uitsluitende ‘gietenwollensokken’-types.

In welke mate is er sprake van circulair bouwen in Nederland?

Laten we eerst eens beginnen met de definitie van circulair bouwen te duiden. Volgens de experts geeft Platform CB’23 een duidelijke omschrijving die breed gedragen wordt in de markt. Deze luidt als volgt: circulair bouwen is het ontwikkelen, gebruiken en hergebruiken van gebouwen, gebieden en infrastructuur, zonder natuurlijke hulpbronnen onnodig uit te putten, de leefomgeving te vervuilen en ecosystemen aan te tasten door gebruik te maken van zoveel mogelijk hernieuwbare grondstoffen.

Niet alleen hergroeibare materialen zin circulair, andere materialen zijn uiteindelijk ook circulair. Het gaat erom dat je de bron gaat beschermen. Afhankelijk van de tijd die een bron nodig heeft om te herstellen, moet je hem in leven houden. In de cirkel houden. Voor hout betekent dat minstens 50 jaar. In die periode is een boom wel weer hergroeid, rekening houdend met de embodied energy, alle energie die nodig is om er een eindproduct van te produceren. Met staal is dat een ander verhaal. De tijd dat ijzererts weer is aangegroeid, kunnen wij niet overzien. Staal moet je dus altijd in de cirkel houden en de levensduur zo lang mogelijk oprekken op elementniveau.

Terugkomend op de vraagstelling, van echt circulair bouwen is nog maar weinig sprake. Er zijn wel voorbeeld van panden die claimen circulair gebouwd te zijn, maar dat slaat slechts op een deel van het proces. Veel elementen hebben wel een bepaalde mate van circulariteit, zoals duurzaam beheerd hout of gerecycled staal. Maar er bestaat nog geen vrachtwagen die 20 ton staal fossielvrij naar de bouwplaats kan brengen. De experts pleiten daarom voor meer transparantie over de mate van circulariteit die wordt bereikt. Dan is de uitdaging die overblijft helder om gezamenlijk ook de laatste stukjes ‘fossiel’ eruit te halen.

Er zou volgens de experts meer gericht op circulariteit uitgevraagd mogen worden. Voor leverende partijen is er op dit moment niet onmiddellijk een grote stimulans om een circulair alternatief aan te bieden. De bouw is een conservatieve wereld en de prijs is nog steeds de belangrijkste drijfveer. We moeten veel meer naar de situatie gaan dat aan de voorkant al rekening wordt gehouden met de total cost of ownership (TCO). Dan kan de initiële investering iets hoger zijn als gekozen wordt voor circulaire materialen, maar in veel gevallen liggen de gebruikskosten veel lager en is de restwaarde hoger. Dat moeten we meer over de bühne brengen.

In Nederland moeten er een miljoen woningen gebouwd worden, maar nog veel meer woningen zijn (op den duur) toe aan een upgrade. Juist de impact van de bestaande bouw mogen we niet onderschatten. 95% van Nederland is al gebouwd. Ook dat zullen we in kringlopen moeten herstellen en onderhouden. Scholen uit de jaren 80 en 90 worden nu afgebroken. Dat is toch waanzin.

Hoe kunnen fabrikanten beter inspelen op circulariteit?

Een groot aantal fabrikanten is al geruime tijd bezig met het thema circulariteit en de ontwikkeling van milieuverantwoorde en duurzame producten. Zo ook de fabrikanten aan deze meeting. Ondanks dat de vraag uit de markt nog wat achterblijft en dat er onderweg de nodige hobbels zijn te beslechten, is er wel beweging zichtbaar. Producenten moeten ook wel. Ze zullen hun verantwoordelijkheid moeten nemen, de Regeling voor uitgebreide producentenverantwoordelijkheid komt eraan.

Circulair bouwen vraagt volgens de experts om meer samenwerking, omdat demontabel bouwen een vereiste wordt. Traditionele concepten zullen in stapjes evolueren. We zitten in een overgangsfase. Zo ontstaan initiatieven van ‘pay per use’ concepten. Een gevel die bijvoorbeeld eigendom blijft van een gevelbouwer als een vervolg op het betalen voor de verlichting naar gebruik of de liftinstallatie per beweging. De wil is er wel om op een meer duurzame wijze naar de bouwkolom te kijken, maar het is af en toe een beetje duwen, trekken en schuren. Op die manier komen we echt wel vooruit.

Dertig jaar geleden was er ook al sprake van circulariteit in de bouw, erkennen de experts. Toen werd het nog bestempeld als ‘geitenwollensokken’. Nu staan we daarin toch iets verder. Het schiet wel op, maar op een mensenleven bezien valt het tegen. Over 100 jaar zal het absoluut wel geslaagd zijn. Je ziet vaak in disruptie dat grote partijen achterblijven en kleine start-ups het voortouw nemen. Het zijn niet per definitie de winnaars, maar zij maken wel de transitie mogelijk. Vervolgens zijn het de grote fabrikanten, die 10 jaar later inrzien dat ze wat missen. Ze kopen dan de kleine start-ups op of gaan zelf aan de slag. Dat gebeurt in elke sector.

Is de doelstelling om volledig circulair te zijn in 2050 haalbaar?

Heel simpel: dat is wat de overheid eist. Er moeten dus randvoorwaarden voor gecreëerd worden en de overheid zal zelf ook moeten meewerken. Vanaf 2023 geven overheidsinstanties het goede voorbeeld door volledig circulair te gaan uitvragen. Dat zal helpen. Alleen wat onder ‘volledig circulair’ wordt verstaan en hoe het wordt gedefinieerd, is nog even afwachten.

Geld is altijd een stimulans. Subsidies en fiscale aftrekposten motiveren opdrachtgevers om duurzaamheid te gaan toepassen. Toch zouden we op een andere manier naar waarde moeten kijken. Geld is slechts een systeem om waarde te creëren. Een heel gezonde woning kost iets meer, maar levert zo ontzettend veel meer op. We moeten het begrip duurzaamheid en circulariteit veel breder trekken en vooral kijken naar de meerwaarde die wordt gegeneerd.

Het kwantificeren van de waarde van biodiversiteit is moeilijk, maar iedereen vindt het prettig om zo nu en dan eens door de bossen te lopen. Wat is jou dat waard? De waarde in euro’s dekt niet altijd de lading. Een gezond huis of een gezonde werkomgeving heeft een positieve invloed op het welzijn van mensen. Het is volgens de experts daarom goed dat er met de doelstelling ‘volledig circulair in 2050’ een stip op de horizon is gezet.

Welke rol spelen architecten en aannemers bij circulair bouwen?

Architecten zijn de kartrekkers van de stip op de horizon. Zij moeten dit hogere doel nastreven. Maar ook bij de grote aannemers vindt al een kleine revolutie plaats. Ze zijn allemaal bezig met circulaire nevenproducten. Het neemt straks echt wel een grote vlucht. Alleen dat vliegwiel gaat nog niet snel genoeg en vanuit opdrachtgevers moet de vraag goed in de markt neergezet worden. Dat laatste gaat best wel moeizaam.

Circulair bouwen is een integraal vraagstuk, waarbij je waarde zal moeten toevoegen. Op dit moment wordt alleen de vraag gesteld op MPG-niveau en losmaakbaarhied. Daar ga je het niet mee redden. Schoonheid, adaptiviteit en ruimtelijkheid zijn ook belangrijke kernwaarden. Het zal integraal door alle partijen opgepakt moeten worden. Alleen als je samen dezelfde ambities hebt, kom je veel verder. Waarbij op voorhand per situatie de juiste grondstoffen/materialen worden geselecteerd.

De ervaring leert, dat men daar in een bouwteam veel meer richting aan kan geven. Dan worden zaken op elkaar afgestemd en staan partijen op een andere manier in de wedstrijd. Want uiteindelijk zal circulair bouwen de nieuwe norm worden. Als het team de verantwoordelijkheid draagt van ontwerp tot oplevering en soms zelfs ook tijdens exploitatie dan is er een incentive om een goed en duurzaam gebouw neer te zetten.

Is het materialenpaspoort al goed ingeburgerd?

Het principe van een materialenpaspoort is goed. Je kan immers pas restwaarde toekennen aan een product als je weet wat de herkomst is. Maar de logica erachter ontbreekt. Het is volgens de experts vooral een goed bedacht verdienmodel. Voor elk project dat in 3D BIM wordt geconstrueerd is een vergelijkbaar ‘paspoort’ op te stellen. Alle informatie zit namelijk al in het BIM model.

Ook zijn er volgens de experts zeker al voorbeelden van gebouwen waarbij het BIM model ook ‘leeft’ tijdens de exploitatiefase. Het zal in de toekomst nog veel vaker worden gevraagd. Ook voor het plegen van onderhoud, waarbij je heel snel kunt uitfilteren welke elementen je moet vervangen. Digitalisering in de bouw gaat wat dat betreft een enorme vlucht nemen. Het is geen voorwaarde om circulair te bouwen, maar het maakt het er wel makkelijker op.

Conclusie

Er is al heel veel werk verzet, maar er zijn ook nog veel belangrijke stappen te maken om circulair te kunnen bouwen. Toch constateren de experts dat we momenteel een stroomversnelling aan het doormaken zijn. De bewustwording is steeds groter. We komen ook nader tot het punt dat de overheid er meer aandacht aan gaat besteden. Het vliegwiel zal alleen maar sneller gaan draaien.

De markt is ermee bezig en de generatie na ons eist het. Zij zien het straks als de enige manier om te bouwen en zijn er ook veel bewuster mee bezig. Want zij ondergaan de gevolgen van wat wij hebben laten liggen.

 

Hieronder een overzicht van de experts aan onze digital meeting. Klik op de separate links voor een indruk van de laatste trends en ontwikkelingen omtrent circulair bouwen.

 

Derbigum – Atze Walsweer

Faay Vianen BV – Monique de Vos – Faay

Ecoboard International – Geert Jan Smits

LIAG Architecten – Thomas Bögl

MBH Consult – Patrick van Manen

LKSVDD Architecten – Martin Huiskes

Pleijsier Bouw – Pascal Cohen

Drystack – Dennis Deen